Bomenboek ‘Boswerk’ spreekt je toe vanaf de koffietafel: leg mij neer en ga naar buiten!

Recensie Beeldende kunst

Bomenboek Voor grote onderwerpen als het verlies van bossen en klimaatverandering is ‘Boswerk’ een bescheiden boekje. Het bevat fraaie portretten van bomen, liefdevolle teksten en scherpe essays. Wat doen mensen bomen aan?

Christiaan Kuitwaard: Sterrebos Oldeberkoop, 4 juni 2022. Beeld uit Boswerk.
Christiaan Kuitwaard: Sterrebos Oldeberkoop, 4 juni 2022. Beeld uit Boswerk. Foto Wijdemeer

Bomen hebben een probleem: mensen zien ze amper staan, we zijn al lang vergeten hoe belangrijk ze voor ons zijn. Deze boodschap ligt verborgen in Boswerk van schilder Christiaan Kuitwaard en dichter Jan Kleefstra. Zij maakten een bijzonder amalgaam met olieverfschilderijen van bossen en bomen gecombineerd met lyrische teksten en korte gedichten. Wie door het boek bladert, denkt in eerste instantie dat het zich het beste zo nu en dan laat openslaan als inspiratiebron: leg mij terug op de koffietafel en ga naar buiten, naar het bos!

Schilder en dichter bezochten samen tientallen locaties, waar ze hun krachten bundelden zoals ze eerder voor Veldwerk hadden gedaan, een gelijkaardig boek over het verdwijnen van biodiversiteit in het steeds monoculturelere Friesland.

De liefdevolle teksten van Kleefstra zijn repetitief: meerdere keren landen spinnetjes op jassen, trekken kolganzen over, roffelen spechten. Ogenschijnlijk zonder rode lijn, totdat doordringt: het zijn steeds dezelfde vogelsoorten en steeds dezelfde kleinere beestjes die terugkeren. Voor de goede verstaander: dit is wat verdwijnende biodiversiteit doet.

Groot onderwerp

Voor een groot onderwerp als het verlies van bossen en klimaatverandering is Boswerk een bescheiden boekje: 17,5 bij 24,5 cm, in oblongformaat. Dat laatste bevreemdt enigszins: waarom een boek over bomen in een liggende vorm gieten? Kuitwaard kiest in veel van zijn fraaie boomportretten voor ofwel stam, ofwel kroon. Alleen groepen bomen of struikachtige exemplaren kan hij van voet tot kruin vangen in één beeld. Daar staat natuurlijk tegenover dat voor ieder exemplaar van dit boek (FSC-)papier wordt gebruikt – en willen we bomen sparen, dan kunnen we maar beter niet meer te grote boeken drukken.

Het hart van het boek vormt een reeks scherpe essays van Annelies Henstra, oud-projectleider van natuurbeschermingsorganisatie IUCN, die uit de doeken doet wat het belang is van bomen. Zij begint haar betoog met een persoonlijke geschiedenis: als kind leert ze viool spelen. Daarmee is ze, hout onder de kin, afhankelijk van bomen zonder het te beseffen.

Het bewustzijn komt later. Als ze als volwassene verhuist naar een woning in het Amerongse Bos krijgt Henstra te maken met de commercialisering van bomen: Staatsbosbeheer maakt rond 2014 een door bezuinigingen aangewakkerde ommezwaai in het beheer. Gevolg is kaalslag, die goed zou zijn voor nieuwe aanwas – van boomsoorten die binnen een paar jaar weer geschikt zijn voor kap. Bosbouw in plaats van natuurbeheer.

Lees ook: Veel bossen trekken het ’s zomers niet meer, dan nemen ze geen CO2 meer op

Boom na boom kan omvallen

Als lezer schrik je ervan hoeveel oranje stippen Henstra in haar teksten verwerkt: bomen met stippen staan op de nominatie voor kap. Niet alleen voor het hout, even later moet een douglasspar met een nest raven – een rodelijstvogel waarvan het nest beschermd moet zijn tot na de broedtijd – het veld ruimen voor een mountainbikeroute.

Tussen al deze perikelen beschrijft Henstra wat wij met dergelijk beleid bomen aandoen: een beuk komt na de kap van een naastgelegen bosperceel vol in de zon te staan terwijl zijn bast hier niet op berekend is, de boom sterft en valt om, zijn buur komt in de zon, en zo kan binnen een paar jaar een hele laan beuk na beuk omvallen; in steden betekenen ‘bodemverdichting’ en ‘groeiplaatsverkleining’ van een boom – oftewel: de leefruimte inperken omdat hij in de weg staat bij nieuwe bebouwing – vaak de dood. Waarbij te gemakkelijk wordt vergeten dat, in de bewoordingen van Henstra, bomen „gewoon andere, niet-menselijke levensvormen” zijn.

Een speciaal hoofdstukje is ingeruimd voor de Broekhuizerlaan in Leersum, een van de mooiste beukenlanen van Nederland. Die dreigde te worden gekapt, omdat het beheer van de oude bomen te duur werd voor de eigenaren. Na acties van omwonenden nam milieuorganisatie Urgenda het onderhoud op zich.

Voor het behoud van de laan, op sommige plekken zes beuken breed en na de rampzalige valwind van 2021 niet bepaald meer ongeschonden, is een crowdfundingsactie opgezet. Boswerk werd er op 22 april onthuld, waarbij het eerste exemplaar werd uitgereikt aan Urgenda-directeur Marjan Minnesma, in aanhoudend rustige stromende regen. De presentator vond het weer wat teleurstellend voor de feestelijke gelegenheid – hoe menselijk. Terwijl bijna 700 eeuwenoude reuzen het water dankbaar opnamen om zich op de zomer te kunnen voorbereiden.